FvOv: manifest onderwijshuisvesting blijft actueel
november 16, 2022Niet-lesgebonden taken in kaart brengen
november 18, 2022Reactie sociale partners (FvOv, AOb, CNV Onderwijs, PO-Raad, FNV en AVS) op rapport Leeuwendaal
Aanleiding
In 2020 is in de CAO afgesproken dat alle OOP- en directiefuncties opnieuw tegen het licht gehouden zouden worden en opnieuw gewaardeerd met Fuwasys. Over deze herwaardering kwamen zowel vanuit het OOP als de directie geluiden van ontevredenheid over het proces van herwaardering en het resultaat.
Dit was de aanleiding voor ons om als sociale partners bureau Leeuwendaal begin van dit jaar de opdracht te geven om de functies van OOP en directie aan een nader onderzoek te onderwerpen. Het resultaat is vandaag (15 november) gepubliceerd.
Opdracht aan Leeuwendaal
Leeuwendaal heeft onderzocht of het functiewaarderingssysteem in het primaire onderwijs (Fuwa PO) in staat is de factoren complexiteit, verantwoordelijkheid en (benodigde) kennis en vaardigheden te beschrijven en waarderen. Daarbij is specifiek gekeken naar de (adjunct-) directiefuncties en een aantal ondersteunende functies, namelijk die van logopedist, gedragswetenschapper en onderwijsassistent. Ook is door de onderzoekers gekeken naar de overeenkomsten en verschillen tussen Fuwa PO en Fuwa VO en naar voorbeeldfuncties in het primair en voortgezet onderwijs.
Aanbevelingen Leeuwendaal
Leeuwendaal constateert in haar rapport dat de systematiek van Fuwa PO het mogelijk maakt om alle functies te beschrijven en waarderen. Wel constateert men dat de toepassing van Fuwa PO nog wel eens wat te wensen overlaat. Er wordt bijvoorbeeld snel naar de door de cao-tafel opgestelde voorbeeldfuncties gegrepen, zonder dat goed gekeken wordt of deze ook echt aansluiten bij de werkpraktijk. Ook komt het voor dat de functiebeschrijving niet wordt gecommuniceerd met de werknemer.
De onderzoekers doen de aanbeveling om regelmatig met de werknemer te bespreken of de functiebeschrijving nog passend is bij de werkzaamheden. Dit geldt voor alle functies in het primair onderwijs. Ook is geconstateerd dat sommige voorbeeldfuncties niet meer aansluiten bij de werkzaamheden. De aanbeveling is dan ook om voor bepaalde functies nieuwe functiereeksen te ontwikkelen. In de toekomst zal met enige regelmaat bekeken moeten worden of de set voorbeeldfuncties passend en toereikend is.
Hoe nu verder
Wij vinden de aanbevelingen van Leeuwendaal belangrijk; ze zien op verbeteringen op verschillende niveaus en grijpen aan op verschillende verantwoordelijkheden.
We gaan op basis van de aanbevelingen in ieder geval aan de slag met het ontwikkelen van nieuwe (voorbeeld)functiereeksen voor directeuren (D12-D13-D14), gedragswetenschappers (10-11-12) en logopedisten (schaal 9-10(-11)). In de nieuwe directiefuncties worden de elementen die in de functie van directeur een belangrijke rol spelen (de complexe omgeving en het uitgebreide takenpakket) betrokken. Gekoppeld aan deze functiereeksen worden leeswijzers ontwikkeld om het gebruik van de functiereeks toe te lichten. In de leeswijzer bij de nieuwe functiereeksen voor de logopedist en de gedragswetenschapper zal aandacht zijn voor ontwikkelmogelijkheden (zowel doorgroei naar een andere functie als ontwikkelmogelijkheden in de eigen functie). De reeds bestaande leeswijzer voor de functiereeks ‘Onderwijsassistent’ zal worden geactualiseerd en er wordt een heldere en goed toegankelijke uitleg opgesteld over de werking en toepassing van het functiewaarderingssysteem dat in het primair onderwijs gebruikt wordt.
Daarnaast zal er ook verder gesproken worden over de beloning voor onderwijsassistenten die leerkrachttaken uitvoeren en het gebruik van de term ‘onderwijsondersteunend personeel’. Ook stellen we een commissie in die sociale partners informeert over ontwikkelingen op het vlak van functiewaardering.
Wij gaan de komende tijd samen kijken wie, welke stappen kan zetten, zowel lokaal tussen werkgevers en werknemers als landelijk op het niveau van de collectieve arbeidsovereenkomst.
De aanbevelingen in het rapport geven aan dat het van belang is om het functiegebouw steeds actueel te houden. De verantwoordelijkheid hiervoor is in de cao expliciet vastgelegd, maar het onderzoek laat zien dat voortdurende aandacht hiervoor op lokaal niveau nodig is en blijft.
Als sociale partners benadrukken we het belang van het goed beschrijven en waarderen van functies, zodat recht wordt gedaan aan de complexiteit en verantwoordelijkheid van de werkzaamheden die op scholen worden uitgevoerd. We roepen schoolorganisaties op om nogmaals kritisch te inventariseren of het proces van functiewaardering goed doorlopen is en of eventueel herijking nodig is.
Wij vinden het belangrijk dat alle medewerkers in het primair onderwijs erkenning én waardering ervaren voor het belangrijke werk dat zij doen.
Rapport Onderzoek functies en beloning sector primair onderwijs